Actieprogramma ‘Kansrijke Start Zuid-Limburg’ officieel ondertekend in Kerkrade
“Het moet niet uitmaken waar je wieg staat”
Een kansrijke start voor iedereen: dat is het hartstochtelijk streven van alle partijen* die op 30 januari in Kerkrade hun handtekening plaatsten onder het actieprogramma
‘Kansrijke Start Zuid-Limburg’. Inclusief minister Hugo de Jonge van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, die duidelijk enthousiast is over de samenwerking in Zuid-Limburg.
De eerste 1000 dagen
Hugo de Jonge arriveerde tegen 11 uur in het sfeervolle complex HuB Kerkrade, na een lange rit door de sneeuw. Hier schoof hij ontspannen aan bij gespreksleidster Simone van Trier, die hem verheugd introduceerde als haar ‘sidekick’ van de ochtend. Een rol die de minister probleemloos op zich nam, misschien wel omdat het thema hem duidelijk aanspreekt. Als wethouder in Rotterdam constateerde hij al dat het verschil maakt waar je woont. Maak een metrorit door de stad en je passeert alle soorten wijken, van kansarm en kwetsbaar tot kansrijk, vertelde hij. Wie niet in een kansrijke situatie geboren wordt, loopt duidelijk meer kans op (gezondheids)problemen. “Als we die eerste 1000 dagen anders organiseren en interventies eerder en intensiever inzetten, denk ik dat we nog heel veel winst kunnen boeken”, zei de minister.
Jordy Clemens, wethouder Heerlen: “We willen weten wat effect heeft en dat uitbouwen. Daar hebben we de wetenschap bij nodig.”
Dat vindt ook Maria Jansen, die op uitnodiging van Simone van Trier aanschoof. Als hoogleraar en programmaleider van de Academische Werkplaats Publieke Gezondheid Limburg onderzocht zij de hardnekkige gezondheidsachterstand van Zuid-Limburg. “Wat we zien, is dat jongeren in een kwetsbare positie hun problemen overdragen als ze zelf ouders worden”, vertelde zij. Armoede en stress gaan vaak hand in hand met een ongezonde leefstijl en psychische en (ernstige) medische problemen. In Zuid-Limburg ligt het aantal kinderen dat te vroeg geboren wordt bijvoorbeeld relatief hoog, evenals het aantal kinderen met een aangeboren afwijking. Vroeg in actie komen dus, al voor de zwangerschap, luidde het advies van Maria Jansen. Waarop Hugo de Jonge toevoegde dat de wetenschap “ontzettend hard” nodig is om antwoorden te vinden op de vraag wat werkt. Beleidsmakers mogen evenmin ontbreken en doen dat ook niet. De zestien gemeenten in Zuid-Limburg plaatsten allemaal hun handtekening onder het actieprogramma. “We willen meer samenwerken, omdat we samen meer slagkracht hebben en kennis kunnen delen. En omdat we naar de verdere ontwikkeling van kinderen willen kijken, betrekken we ook het onderwijs en bedrijfsleven erbij”, zei wethouder Leon Geilen van Sittard-Geleen.
Karlijn Penders, VoorZorg: “Het is goed om in de begeleiding van jonge zwangere vrouwen ook in te gaan op anticonceptie en gezinsplanning. Dat je hen aanzet om daar over na te denken en hen vraagt wat ze daarvoor nodig hebben.”
Extra hulp in kwetsbare situaties
Na die woorden volgden enkele treffende voorbeelden van projecten in de praktijk. Zoals de prenatale huisbezoeken in de wijk Heerlerheide: een pilot waarin de Jeugdgezondheidszorg samenwerkt met verloskundigen, vertelden de Meander JGZ-professionals Petra Dols en Cindy Udo. Zij gaan op bezoek bij vrouwen in een kwetsbare situatie die in verwachting zijn van hun eerste kind. En zij kunnen als dat nodig is extra hulp organiseren, zowel voor de geboorte als erna. Erg fijn dat die bredere ondersteuning al zo snel geregeld wordt, vond Hugo de Jonge. “Want zo kun je op termijn wellicht schade voorkomen.”
Aansluitend vertelde een jonge moeder openhartig hoe zij al langere tijd begeleid wordt door Karlijn Penders. Die is verpleegkundige VoorZorg en coördinator van dit programma bij Envida. VoorZorg is een effectief bewezen programma dat zich richt op zwangere vrouwen onder de 25 jaar in een kwetsbare situatie. Zij komen bij een VoorZorg verpleegkundige na een verwijzing, of leggen zelf contact, zoals de jonge moeder deed. “Want ik wist dat ik dit nodig had”, zei ze. Hugo de Jonge reageerde meteen: “Wat goed dat je dit zelf ziet en daarvoor openstaat”, vond hij. Haar leven staat inmiddels weer op de rails. En daarmee is ze een “schoolvoorbeeld” van wat goede begeleiding voor mensen kan betekenen, vond Simone van Trier.
Het echtpaar dat tot slot aanschoof, vertelde blij te zijn met de begeleiding van Nicole van der Veeke van de Stichting Kinderleven. Die stichting helpt ouders en kinderen om een goede band met elkaar te krijgen als sprake is van zogeheten hechtingsproblemen. Daar kunnen tal van redenen voor zijn; bij het echtpaar waren de problemen het gevolg van de lange couveusetijd van hun kindje. En de stress en zorgen die dat tot gevolg had. Inmiddels gaat het goed met ouders en het kindje, dat zelf wakker en luidkeels van zich liet horen.
Hans Teunissen, gedeputeerde Provincie Limburg: “Wij steken als Provincie heel specifiek in op een trendbreuk; wij willen Zuid-Limburg gezonder maken en alle kinderen een gelijke kans bieden. En dat willen we met meer partijen bewerkstelligen.”
In de slotronde gingen Maria Jansen, Leon Geilen, Jordy Clemens en Hans Teunissen met elkaar en minister De Jonge in discussie. En passeerde kort de rol van de landelijke overheid en verzekeraars de revue, evenals de vraag hoe een vervolg te geven aan preventie na de eerste 1000 dagen. Simone van Trier nodigde alle betrokken partijen daarop uit om officieel een handtekening te plaatsen onder het actieprogramma, inclusief minister Hugo de Jonge. Die deed dat met verve, om vervolgens door de sneeuw richting Randstad te koersen.
Tekst Karin Burhenne | foto Ilse Leijtens
De ondertekenaars:
De zestien gemeenten in Zuid-Limburg, Provincie Limburg, Jeugdgezondheidszorg Zuid- Limburg, GGD Zuid Limburg, Zorgverzekeraar CZ, Verloskundig Consortium Limburg, de Zuid-Limburgse organisaties voor kinderopvang.